De RMS-regering stelt vast, dat voor wat betreft de weergave van het gesprek met de president van de RMS- mr. J.G. Wattilete, en stafmedewerker C.Nikijuluw – deze verklaring onjuist is te noemen. Ter toelichting merken wij het volgende op.
De RMS-regering is ingegaan op het verzoek van het Comité Molukse Herdenking om hen te ontvangen. De ontmoeting heeft plaatsgevonden op 14 september jl. in Amsterdam.
De president van de RMS heeft tijdens het gesprek met het comité enkel benadrukt, dat hij positief staat tegen een initiatief, waarbij de geschiedenis van het Molukse volk wordt gedeeld met de Nederlandse samenleving. Echter hierbij is van zijn zijde uitdrukkelijk kenbaar gemaakt, dat voor wat betreft het ontstaan van de RMS en haar (volkenrechtelijke) positie in de tentoonstelling in haar huidige vorm sprake is van geschiedvervalsing en dat dit onaanvaardbaar is.
Ten aanzien van de geplande herdenking van 7 oktober 2021 heeft de president van de RMS opgemerkt, dat hij positief staat tegen een herdenking- niet specifiek de herdenking van 7 oktober 2021- mits de Molukse gemeenschap in algemene zin hierbij wordt betrokken en de RMS-regering in het bijzonder. Dit klemt te meer daar het proclameren van de RMS op 25 april 1950 ten grondslag ligt aan de komst naar Nederland in 1951 van de KNIL-militairen en hun gezinsleden. Zonder de proclamatie van de RMS zou er überhaupt anno 2021 geen herdenking van de Molukse gemeenschap naar Nederland plaatsvinden. Dat is een historisch feit.
Van de zijde van het comité hebben de voorzitter mevrouw Nathalie Toisuta en de secretaris –de heer Ed Leatemia- alsmede de heer Ton Louhenapessy -lid van de klankbordgroep- reeds bij aanvang van het overleg direct erkend – en dat hebben zij tijdens het gesprek meerdere keren herhaald- een kapitale inschattingsfout te hebben gemaakt door de RMS-regering niet te betrekken bij de geplande herdenking van 7 oktober 2021.
In het licht van deze grove omissie heeft het comité de RMS-regering een aanbod gedaan alsnog te participeren binnen de herdenking. De president van de RMS heeft tijdens het gesprek kenbaar gemaakt, dat hij dit aanbod in beraad zal nemen en hij eerst de leden van de RMS-regering alsmede derden- waaronder organisaties en personen -al dan niet- gelieerd aan de RMS- wenst te consulteren. Eerst daarna zal de RMS-regering een definitief besluit nemen of, en zo ja: op welke voorwaarden, zij deelname aan de herdenking wenselijk acht.