Pemerintah Republik Maluku Selatan
Government in Exile of the Republic of the South-Moluccas
Amsterdam, 22 oktober 2023
Indonesië weigert eerlijke rechtsgang van Antonius Latumutuany
Tot op heden heeft het Indonesische ministerie van Buitenlandse Zaken nog geen gehoor gegeven aan het verzoek van de advocaat van Antonius Latumutuany. De advocaat wil de president van de Republik Maluku Selatan (RMS), mr. John Wattilete, oproepen om bij de rechtszaak op te treden als getuige-deskundige. De rechtbank in Masohi (Seram, Molukken) heeft het verzoek van de advocaat gehonoreerd. De inbreng van Wattilete is van belang voor het vrijpleiten van de verdachte Latumutuany en van hetgeen hem door de Indonesische overheid ten laste wordt gelegd.
Antonius Latumutuany wordt verdacht van Makar (Staatsondermijning) omdat hij op zijn eigen land kortstondig een vlag van de RMS aan een tak heeft opgehangen en daarvan foto’s heeft gemaakt die ‘viral’ gingen. Vanwege deze actie werd hij in juli van dit jaar in de rechtbank van Masohi voorgeleid. Antonius Latumutuany is al vanaf maart in hechtenis. Als Latumutuany schuldig wordt bevonden kan hij tot een lange gevangenisstraf worden veroordeeld.
Het was de bedoeling dat president Wattilete plaats zou kunnen nemen in een ruimte in de Indonesische Ambassade te Den Haag en dat er met de rechtszaal in Masohi een live-videoverbinding tot stand wordt gebracht. Het Indonesische ministerie van Buitenlandse Zaken hoeft dit slechts te faciliteren. Tot nu toe is er nog geen groen licht ontvangen.
De opstelling van de Minister van Buitenlandse Zaken in Jakarta is een doelbewuste actie om de beslissing van de rechtbank in Masohi naast zich neer te leggen waarin men weigert —zelfs tegen de Indonesische wet- en regelgeving in— de uitspraak van de rechter in Masohi uit te voeren. Daarmee mengt de Indonesische regering zich met de rechtsgang. Deze inmenging is niet alleen bedenkelijk, maar verwerpelijk en in strijd met het recht op een eerlijk proces van de verdachte.
Deze gang van zaken is strijdig met de fundamentele rechten van de mens. De Nederlandse regering is eerder verzocht er op toe te zien dat de getuige wordt gehoord, maar geeft niet thuis. Op deze wijze legitimeert zij de weigering de getuige te horen.